maandag 2 februari 2015

Boekverslagen literatuurgeschiedenis


De opdracht


Deze opdracht bestond uit twee boekverslagen en je vertaalproject:

“T505; 6e en 7e boek leeslijst; vertaling uit vertaalwedstrijd; eigen recensie per boek, per boek twee recensies uit serieuze bladen; zakelijke gegevens over het boek en over de auteur; een door jou goedgekeurde samenvatting.”

Dit heb ik, na overleg met de leraar, samen gemaakt met Paulien Lous en Aimée van Zelm.

 

Boekverslagen

De kleine Johannes – Frederik van Eeden

Algemene informatie

Titel:                              De kleine Johannes

Auteur:                          Frederik van Eeden

Uitgeverij                      Querido, Amsterdam

Uitgegeven:                   1887

Aantal pagina's:             160

Oorspronkelijke taal:     Nederlands

Genre:                            Sprookje

Thema:                           Fantasie & Werkelijkheid

ISBN nummer:               9789079133024

 

De auteur

Frederik van Eeden is de schrijver van ons gekozen boek, De kleine Johannes. Eeden was naast Nederlandse schrijver ook nog eens een psychiater.Hij is het bekendst geworden door zijn romans De kleine Johannes en Van de koele meren des doods.

 

Hij is geboren op 3 april 1860 in Haarlem. In 1932 op 16 juni overleed hij in Bussum.

Frederik van Eeden groeide op in een gezin waar kunst en wetenschap erg belangrijk was. In 1878 is hij medicijnen gaan studeren en in 1886 lukte het hem om huisarts te worden in Bussum, dit is hij niet lang geweest want al snel besloot hij zich te specialiseren in psychotherapie.

 

Eeden heeft vele vrouwen gehad. Met zijn tweede vrouw Martha kreeg hij twee zonen.


 

Titelverklaring

De titel heeft te maken met de hoofdpersoon uit dit boek; Johannes. Hij is nog een kleine jongen en wij denken dat het gewoon het benoemen was van de hoofdpersoon, een kleine jongen → De kleine Johannes.

 

Korte samenvatting

Dit verhaal gaat over een kleine jongen genaamd Johannes., die zeer fantasierijk is. Tijdens allerlei avonturen ontwikkeld Johannes zichzelf tot een volwassene. Dit gebeurt in stappen: Windekind, Robinneta, Wistik, Pluizer & God.

 

Samenvatting van internet

De kleine Johannes heeft erg veel fantasie en hij kan goed overweg met zijn hond, Presto en zijn kat, Simon. Hij droomt ervan om naar de grot te vliegen, die door de wolken gevormd is. Als hij op een zomeravond in een bootje op het meer drijft, verschijnt er een libelle. Deze verandert in Windekind, die hem meevoert op een wonderlijke reis. Windekind vertelt hem dat de zon haar vader is. Ze gaan eerst naar de krekelschool, waar Johannes leert dat de mens een groot, nutteloos en schadelijk dier is en dat het zeer laag staat, omdat die niet kan vliegen of springen. Daarna gaan ze naar een weldadigheidsfeest in een konijnenhol, dat gehouden wordt ter ere van alle dieren die zijn omgekomen door de komst van mensen met honden. Op dit feest ontmoet Johannes de elfenkoning Oberon. Deze geeft hem een gouden sleuteltje, dat op een gouden kistje vol met kostbaarheden moet passen. Hij kan alleen niet zeggen waar dit kistje is.

 

De volgende dag krijgt Johannes straf op school. Hij had namelijk de leraar verbeterd, toen deze zei dat de zon vrouwelijk is. Die avond kan hij Windekind dus niet weer ontmoeten. Pas op vrijdagavond gaan ze weer samen op pad. Windekind vertelt hem allerlei verhalen over de dieren, die overeenkomsten met mensen vertonen. Zo hekelt hij de Oorlogsmieren in de godsdienstoorlogen. Johannes vindt dat de mieren dom zijn, maar Windekind zegt dat de mensen juist naar de mieren toekomen om wijzer te worden. Daarna gaan ze naar een zendingsfeest.

 

Johannes wil niet meer bij de mensen wonen en wanneer Windekind hem over de kabouters vertelt, wil hij deze leren kennen. Als hij de kabouter Wistik ontmoet, vraagt hij of de waarheid te vinden is. Die staat niet in het elfenboekje en ook niet in het kabouterboekje. Windekind heeft Johannes verlaten en deze gaat op zoek naar het kistje. Hij vindt wel een bijbel, maar die moet hij niet hebben. In de lente ontmoet hij Robinetta, die een roodborstje op haar schouder heeft. Johannes is verliefd op haar, maar vindt daarmee nog niet het geluk. Wistik zegt hem dat hij aan het roodborstje moet vragen waar hij het geluk kan vinden. Deze tjilpt: “Hier niet! Hier niet!”. Robinetta wil hem ook helpen en zij laat hem de bijbel zien. Daar heeft Johannes niets aan en hij zegt dat hij geen eerbied voor God heeft. Nu mag Robinetta van haar vader niet meer met hem omgaan.

 

Nu is hij na Windekind ook Robinetta kwijt. Pluizer vindt hem in een droevige stemming. Johannes vindt hem een beetje eng, ook al omdat hij minachtend over Wistik spreekt. Hij treedt hardhandig op, wanneer Johannes over Windekind praat. Hij neemt hem mee naar Dr. Cijfer en de sombere achterbuurten van de stad. Vervolgens gaan ze naar het kerkhof, naar Hein de Dood, waar Johannes ziet wat er van de mens verwordt. Hij ziet ook zijn eigen dode lichaam. Johannes verandert zijn gedachten en hij overwint de macht van Pluizer, wanneer deze de doodsoorzaak van Johannes’ vader wil onderzoeken door zijn lichaam open te snijden. Hein knikt naar Johannes als hij ziet dat deze de wil van Pluizer kon weerstaan. Windekind komt terug, maar past niet meer in de wereld van de volwassen geworden Johannes. Hij voert Johannes mee en wijst hem op het Grote Licht. Dan ontmoet hij een mens (de Ongenoemde) die hem op het donkere oosten wijst, waar de mensheid met haar weedom is. Johannes moet kiezen tussen Windekind en de Ongenoemde: hij wendt zich van Windekind af en gaat met de ernstige mens mee.


 

Internet recensie (2x)

 

NBD|Biblion recensie


De bekende Tachtiger (1860-1932) schildert hier het geestelijk groeiproces van een kind, de kleine Johannes. De ontwikkeling van jongen tot man wordt in vier stadia weergeven: de tijd van de fantasie (Windekind), de periode van vragen stellen (Wistik), de periode van onderzoek (Pluizer) en het stadium waarin het goddelijke wordt gezocht. In subtiele bewoordingen worden de mens en zijn godsdienst bekritiseerd. Johannes beleeft het conflict tussen gevoel en materialisme en ondergaat de strijd tussen schoonheidsbeleving en goedheid. Het gevoel overwint, de schoonheid wordt erkend en in goedheid wordt geleefd. Dit klank- en kleurrijke natuursprookje boeit een grote lezerskring vanaf 13 a 14 jaar. Aan deze uitgave is een relevant gedeelte toegevoegd uit 'Tweespalt', de Van Eeden-biografie van Jan Fontijn. Heruitgave in een reeks goedkope maar zeer verzorgde gebonden uitgaven op pocketformaat van binnen- en buitenlandse literaire klassieken. Normale druk, vrij krappe marge.

 

(Biblion recensie, Redactie)


 

Boekenliefde


“De kleine Johannes is een uniek hoogtepunt in de Nederlandse literatuur. Vertaald in tientallen talen, onderwerp van talloze studies en boekverslagen van scholieren heeft het zichzelf bewezen als een klassiek werk dat met het verstrijken van de tijd zijn glans heeft behouden.

 

Deze hertaling heeft de hindernissen die opgeworpen werden door het negentiende-eeuwse taalgebruik opgeheven.

In sprankelende taal worden de ontwikkelingsfasen van de kleine Johannes verbeeld door personages die de natuur, de liefde, het geluk, de kennis, het spirituele en de vluchtigheid van het leven vertegenwoordigen.

 

De herkenbaarheid en de diepte van dit klank- en kleurrijke sprookje is in al haar eenvoud zo schitterend dat het blijft fascineren.”

 


Deze recensie is geschreven door iemand van een forum; hij heeft het boek een 9 van de 10 te behalen punten gegeven.


 

Eigen recensie

 

Als het aan de omslag van het boek had gelegen, dan hadden wij dit boek absoluut niet gekozen. Het waren de mensen in onze omgeving die ons dit boek aanraadde om te gaan lezen. “Daar zul je geen spijt van krijgen” en “Dat is zeker een van de leukere boeken” waren reacties die wij kregen toen we vroegen of het wel een goede, interessante en leuke inhoudt zou hebben.

 

Het boek heeft ons echter niet teleurgesteld. Het verhaal is gebaseerd op fantasie en daar houden we enorm van. De fantasie heeft er voor gezorgd dat wij gedurende het lezen van het boek geïntereseerd en geamuseerd bleven. Het was totaal niet slaapverwekkend of trutterig en er was al helemaal geen sprake van levenloosheid.

 

Om het zo abstract mogelijk te zeggen: het boek straalde energie uit. Niet zozeer de buitenkant, want die was geestdodend, maar dan spreken wij van de inhoud. De eerste titels van boeken die dus ook bij ons omhoog kwamen, waren “Alice in Wonderland” en “Erik of het kleine insectenboek” want dat zijn ook inventieve en vergelijkbare verhalen.

 

Als je dus een krachtig, dynamisch, maar toch een genadig boek wilt lezen, dan zouden wij dit zeker aanbevelen.


 

Actualiteit

 

Dit boek is een belangrijk boek in de Nederlandse literatuur. Dit boek is in vele talen vertaald, zo ook in het modern Nederlands. Omdat het boek in de 19e eeuw geschreven was, is dat nu moeilijk om volledig te begrijpen. Het boek gaat over de ontwikkeling van een jongen tot man. Dat is nog steeds toepasselijk in deze tijd, daarom is dit boek nog steeds belangrijk.


 

De idee

 

De idee is het doel van het boek. Een boek kan met een bepaalde bedoeling zijn geschreven, dat kan zijn om de lezer te amuseren, informeren, maar ook om aan te duiden wat goed en slecht is.

 

De idee van dit boek is de ontwikkeling van een kleine jongen tot een volwassen man. Het doel is om de ontwikkeling van kind tot volwassene duidelijk te maken.

 


Reise door het aapenland – J Schasz (van de literatuurgeschiedenis opdracht)

Algemene informatie

Auteur:            Gerrit Paape (pseudoniem  J. Schasz)

Titel:               Reize door het aapenland

Jaar:                1788

Pagina’s:         127

Plaats:             Nijmegen

Thema’s:         18e eeuw, politiek, reizen, maatschappij

Genre:             Reisroman

Uitgever:         Vantilt

 

Schrijver

http://www.leesplein.nl/assets/auteurs/fotos/PaapeGerrit-SchaszJA.jpgJ.A. Schasz is de schrijver van het boek Reize door het aapenland. Schasz is in werkelijkheid niet de echte naam, de echte naam is Gerrit Paape. Paape leefde van 1752 tot 1803. Hij was een Nederlandse dichter, columnist, journalist, romanschrijver, plateelschil der en aan het einde van zijn leven ook nog ambtenaar van het ministerie van Nationale Opvoeding. Een druk man dus! Paape kwam uit een arm gezin. Hij had een talent voor tekenen, zijn vader bracht hem naar de aardewerkfabriek waar hij plateelschilderen leerde. Hier werd hij in 1779 ontslagen. Hij was in de tussentijd opgenomen in een kring van dichters in Delft. Later besloot hij zich aan te sluiten bij de Patriotten. Waarom Gerrit Paape bekent staat als J.A. Schasz is heel simpel, hij gebruikte namelijk pseudoniemen van anderen, waardoor hij een schuilnaam moest hebben. Wederom had hij deze naam niet zelf bedacht, deze was al eens eerder gebruikt door een andere patriotse schrijver; Pieter ’t Hoen.

http://s.s-bol.com/imgbase0/imagebase/large/FC/1/9/5/8/1001004004448591.jpgReize door het Aapenland

Reize door het Aapenland is geschreven door J.A. Schasz (Gerrit Paape) en werd uitgegeven in 1788. Het boek heeft 127 bladzijde en is oorspronkelijk in het Nederlands geschreven. In de tijd dat dit boek is uitgegeven was er oorlog tussen de patriotten en de prinsgezinden. De patriotten vonden namelijk dat er verkeerde beslissingen werden gemaakt in het land, hierdoor kwam er uiteindelijk een oorlog. Je zal je nu vast afvragen; Wat heeft dit met het boek te maken? Het antwoord is simpel; in het boek komen dezelfde problemen terug → apen willen mensen worden. De apen ontdekken namelijk dat iemand naar de mensenwereld is gevlucht en deze een mens is geworden. Veel apen willen een mens worden, zonder staart etc. Sommige apen zijn het hier niet mee eens → de vrouwtjes. Zo heb je dus ook strijd tussen twee groepen.

Dit is geschreven omdat Paape zelf ook een patriot was en dus zijn ei kwijt moest om het zo te zeggen.

 

Titelverklaring

De titel van dit boek is Reize door het Aapenland; dit is eigenlijk heel simpel te verklaren. Het boek gaat namelijk over de hoofdpersoon die reist naar en door het Aapenland. Nu hoor ik je al denken; Waarom die vreemde spelling? Dit vroeg ik me ook af en wist het ook niet, toen ben ik gaan zoeken op internet en heb ik een vrij logische verklaring gevonden; Door de ouder spelling van het woord ‘reize’ wordt de ouderdom van het boek weergegeven.


Korte samenvatting

Het verhaal gaat over het leven van een ‘ik-persoon’ die door geen beslissing te kunnen nemen heeft moeten vluchten vanwege een beschuldiging wegens moord. Hij komt in een dorp en wordt verwezen naar het Aapenland.


Recensies

o Wij willen geen aap meer zijn

De 18de-eeuwse ‘Animal Farm’ van Gerrit Paape is nog steeds herkenbaar

Vrijdag 9 maart 2007 door Jan Blokker

Satire is altijd plaatsgebonden, en heeft altijd een beperkte houdbaarheid. Zelfs als je nog elke dag Petronius, Van den vos Reynaerde, Cervantes, Voltaire of Swift zou lezen, zou je ze niet lezen uit nieuwsgierigheid naar wat ze ooit over de hekel hebben gehaald, want dat is allemaal verzonken, en we weten het intussen wel. Een plaats in de wereldliteratuur is weggelegd voor satirici die aan hun eigen satire zijn ontstegen.

De Delftse plateelschilder Gerrit Paape (1752-1803), die in de jaren tachtig van de 18de eeuw de patriottenpartij omhelsde, lid werd van een Delfts vrijkorps en stukjes begon te schrijven in een patriottisch gezinde plaatselijke krant, zou nooit tot de wereldliteratuur doordringen, en heeft zelfs zelden een handboek voor de Nederlandse letteren gehaald. Zijn houdbaarheid bleek te beperkt.

Toen de bijna-burgeroorlog tussen oranjeklanten en patriotten in 1787 was gesmoord door een Pruisisch leger dat de regerende stadhouder te hulp schoot, namen een paar duizend inwoners van de zieltogende Republiek de wijk naar de Zuidelijke Nederlanden en Frankrijk. Paape vestigde zich als politieke vluchteling in Duinkerken. In 1795 – toen de Franse ‘bevrijders’ onder aanvoering van generaal Pichegru de bevroren grote rivieren waren overgestoken – keerde hij terug. Eerst als een soort embedded verslaggever bij de troepen van de Nederlandse patriottengeneraal Daendels, later in allerlei functies die hem waarschijnlijk nooit waren gegund als hij zich in de voorgaande jaren niet als een voorbeeldige ‘Bataaf’ had gedragen.

(…)

Kunnen we als lezer uit de vroege 21ste eeuw nog spontaan meegenieten van de al dan niet verborgen schimpscheuten, valsigheden en hekelingen die de tientallen auteurs voor de toenmalige samenleving en voor hun tijdgenoten hadden gereserveerd?

Daar heb je het punt van de plaatsgebondenheid en de houdbaarheidsdatum. Actualiteit is de vijand van de eeuwigheid. Een satire op André Rouvoet is voorbij Wuustwezel aan niemand meer besteed, die blijft onherroepelijk lokaal. Om de nuances in een satire op de Wim Kok van vijf jaar geleden te ontdekken, moet je misschien al een paar oude kranten naslaan. Een satire op Willem Drees die in de jaren vijftig van de vorige eeuw misschien hilarisch is geweest, vergt een halve eeuw later een college politicologie. En over bijna elk hekeldicht van Vondel moet je als leek door een literair historicus worden bijgepraat. Dat leest niet erg ontspannen.

(...) Voor het gehele artikel zie deze link: http://nrcboeken.vorige.nrc.nl/recensie/wij-willen-geen-aap-meer-zijn

 

o Column: Erik Nieuwenhuis – Aapenland

Column | 28 nov 2010 door Erik Nieuwenhuis

‘Hoe het bijkwam, weet ik volstrekt niet, maar wiskunstig zeker is het, dat mijn Wijf, mijn Dienstmaagd, mijn Paard en mijn Hond, bijna op één en hetzelfde oogenblik, teffens in het water vielen. Het geval wilde, dat zij alle vier in dergelijk eene rigting kwamen te leggen, dat ik er slegts één van behouden kon, dat de overige drie noodwendig verdrenken moesten, en dat de keuze, wie van hen vieren te redden, geheel aan mij was overgelaaten’.

Zo begint Reize door het Aapenland, een boek uit 1788 dat een satirisch inkijkje biedt in het politieke leven op het eind van de 18e eeuw. Ik moet er de laatste tijd – om voor de hand liggende redenen – af en toe aan denken. Vandaag vond ik hem terug op mijn plankje ‘historisch letterkundige werken waar ik nooit veel aan heb gevonden maar die ik om de een of andere reden nooit naar de Slegte heb gebracht’. Ik sloeg hem open en zag dat ik in de voorbereiding van het tentamen 18e eeuw op blz. 13 een zin had onderstreept:

‘Opnieuw laat de schrijver ons zien, hoe eigenbelang en bruut geweld zich maskeren onder het mom van de volksdemocratie.’

Waarom onderstreept een studentje van 21 zulke passages? Waarom onderstreept een student überhaupt iets? Om in het zweetkamertje bij dr. P Verkuyl met de juiste antwoorden op de proppen te kunnen komen. Om zichzelf diens sarcastische opmerkingen te besparen. Daarom. Maar op welke vraag zou ‘opnieuw laat de schrijver ons zien etc.’ ooit een antwoord kunnen zijn? Ik ben bang dat ik deze zin destijds heb onderstreept, omdat ik vond dat hij een waarheid uitdrukte waar ik niet omheen kon. Ontroerend. Ik had pas één keer gestemd (op de PSP) en de grootste populistische partij (De Centrumpartij) had bij de verkiezingen in 1982 slechts 68.363 stemmen binnengehaald. Ruim twintig keer zo weinig als de riante 1.454.493 stemmen waarmee het Aapenland dat ik in 1985 vreesde in 2010 definitief zijn beslag kreeg. Ik herinner het me niet heel precies, maar ik sluit ook niet uit dat ik aan de DDR dacht toen ik die zin onderstreepte. Dat doet er ook niet zoveel toe. Waar het om gaat is dat het geen kwaad kan zo nu en dan eens iets van je plankje ‘historische letterkundige werken waar je nooit veel aan hebt gevonden maar etc. te pakken. Net als het CDA-kamerlid Biskop, eerder deze week , toen-ie Ter Braak citeerde:

‘Die schreef in 1937 onder meer over ‘een politieke beweging die niets anders doet dan ressentiment exploiteren'; die was bezig ‘met het stimuleren van boosheid, niet werkelijk geïnteresseerd in oplossingen en zonder ideeën. (...)


 

Eigen mening / Eigen recensie

Ik wist toen ik dit boek ging lezen eigenlijk niet zo goed wat ik moest verwachten, dus ik heb dit gelezen zonder ook maar een enkele verwachting. Ik zag wel dat het een vrij dun boek was dus dat het kort en bondig geschreven moest zijn.

Ik had tijdens het lezen wel enige moeite met de oude spelling, maar rocket science was het niet. Ik heb tijdens het lezen gemerkt dat gedachten en gevoelens van personages niet echt een rol spelen, er waren zelfs nauwelijks personages. De gebeurtenissen kregen veel meer aandacht. Ik vond het niet echt storend dat de personages oppervlakkig waren. Wat ik wel heer erg leuk vond is dat je er aan het einde achter komt dat de persoon alles gedroomd heeft, dat gaf wel een leuk element aan het verhaal.

Het hele boek was eigenlijk gewoon een verhaal over hoe Paape zich voelde over de gehele situatie in de Republiek. Dit is heel erg leuk verteld vind ik door hoe hij alles zo heeft gemaakt als het ware, dat het gewoon een verhaaltje is en nog best leuk is om te lezen ook.

De idee

De idee van dit boek is eigenlijk heel simpel en al best vaak terug gekomen in de hier boven geschreven tekst. De idee is namelijk dat Paape zijn ideeën verteld over hoe het gaat in de Republiek en dat hij het hier niet mee eens is.





Robinson Crusoë

De schrijver: Daniel Defoe

Oorspronkelijke titel: The life and strange adventures of Robinson Crusoe

Uitgegeven: 1982

Uitgever: Penguin Pockets

Aantal pagina’s: 319

Oorspronkelijke taal: Engels

Genre: Fictie, avonturenroman

ISBN: 9780141393407



Reize door het Aapenland en Robinson Crusoë

Wat deze verhalen gemeen hebben is dat het beide imaginaire reisverhalen zijn. Deze verhalen schijnen op echte verhalen te zijn gebaseerd maar verteld worden in de vorm van fictie, en dat is ook wel duidelijk met het boek Reize door het Aapenland; de omstandigheden in de Republiek waar mensen ontevreden over zijn. De meeste imaginaire reisverhalen zijn gebaseerd op verhalen uit de 16e en 17e eeuw. Ze werden in de 18e eeuw geschreven om de lezer in contact te brengen met verlichte ideeën over religie, opvoeding etc. Wat ze ook gemeen hebben is dat in beide verhalen de lezer wordt geconfronteerd met opvattingen uit een ‘andere’ wereld. In beide verhalen is het ook het doel eigenlijk; een ideale samenleving willen creëren.

Wat ook leuk is om te weten is dat beide boeken het genre robinsonade hebben; dit betekend dat er in een roman een of meerdere personen door omstandigheden worden afgezonderd van de rest van de wereld en zich zelf moeten proberen te redden. Ook zijn beide boeken een satire wat inhoudt dat ze allebei op een humoristische wijze maatschappelijke problemen aankaarten.