zondag 8 december 2013

Erik of het kleine insectenboek

Auteur:                  Godfried Bomans
              1940
                    143

Over Godfried Bomans;
De schrijver van het verhaal ‘ Erik of het kleine  insectenboek’ is Godfried Bomans. Hij is op 2 maart 1913 geboren in Den Haag. Niet heel erg veel later verhuist hij met zijn familie naar Haarlem ,omdat zijn vader in 1913 een advocatenbureau start.
Al snel werd duidelijk dat Godfried zich interesseerde in literatuur. Toen hij op de middelbare school zat was hij redacteur van de schoolkranten. Hierin schreef hij korte verhalen.
In 1926 ging hij naar het Triniteitslyceum in Overeen. Later ging hij studeren aan de Universiteit van Amsterdam en daar behaalde hij in 1936 zijn Kandidaatsexamen Rechten.
In 1939 vertrekt hij naar Nijmegen met het besluit psychologie te gaan studeren. Hier schrijft hij ook één van zijn meest succesvolle boeken: Erik of het kleine insectenboek. Van dit boek zijn veel vertalingen gemaakt & ook is het in 2004 verfilmd door Gidi van Liempd.
Na zijn eindexamen was Godfried redacteur van het studentenblad Propria Cures.
Godfried is voor een lange tijd een van de meest gelezen schrijver s van Nederland geweest, maar dit is dan ook niet moeilijk wanneer je meer dan 60 boeken schrijft.
Godfried Bomans is op een leeftijd van 58 jaar overleden in Bloemendaal, op 22 december 1971. Hij overleed aan een hartaanval en is op kerstavond begraven.
Landelijke bekendheid kreeg Bomans opnieuw door optredens in radio- en televisieprogramma's, zoals Kopstukken en Bomans in triplo. Hij werd een mediapersoonlijkheid, voor die tijd een nieuw fenomeen. Uitzendingen zoals Bomans in Vlaanderen en Bomans in Israël vestigden de aandacht even sterk op hemzelf als op zijn onderwerpen.
In 1971 verbleef Bomans, op uitnodiging van VARA en AVRO, een week alleen op het onbewoonde waddeneiland Rottemerplaat. Hij maakte er dagelijkse radioverslagen, getiteld Alleen op een eiland, over zijn ervaringen met de tv-showman Willem Ruis als zijn gesprekspartner in Warffum. Deze radioverslagen zijn als luisterboek in 2006 op 6 cd's verschenen. Het primitieve verblijf lag hem niet; vrijwel zeker heeft het hem een terugslag bezorgd in zijn gezondheid.
bron; http://nl.wikipedia.org/wiki/Godfried_Bomans


Lofrede, door; Eva Metz
“Erik of het klein insectenboek”. Meteen toen ik deze titel las schoten er al gelijk een aantal gedachten door mijn hoofd. Gedachten die me aan vroeger deden denken, van toen ik als kind de verfilming van het boek zag. We kregen dit als opdracht voor Nederlands wat ik erg leuk vond aangezien ik het boek zelf nog nooit had gelezen. Echter  was dit niet het enige dat in me opkwam, want een van de vragen die in me opkwam als je de titel leest is; waarom staat er zoiets als het woord ‘’of’’ in de titel? Ik heb dit opgezocht op internet aangezien ik het wel vreemd vond, omdat het op mij overkwam als een niet heel vloeiende titel. Later ben ik er achter gekomen dat dit is gedaan omdat het deel ‘het kleine insectenboek’ als ondertitel gebruikt kan worden.

Veel mensen waaronder ik zullen bij het lezen van de titel al zoiets krijgen van; oh, het woord insecten. Veel mensen ervaren insecten als vies en eng. Ikzelf vind ze ook niet altijd even aangenaam. Maar bij het lezen van dit boek kom je erachter dat dit heel leuk is geschreven en op een soort gefantaseerde manier. Godfried Bomans heeft er goed over nagedacht, want hoe is het toch mogelijk om van de echte wereld over te gaan in een schilderij; gewoon heel simpel, je laat de schilderijen tot leven komen.
Elke avond bekijkt Erik het schilderij Wollewei, en ook deze avond weer. Wanneer Erik in het schilderij terecht komt maakt hij veel mee, en wat hij meemaakt zag ik op de manier hoe het geschreven was voor me. Dit geeft net iets extra’s aan het boek omdat je een beeld kan vormen bij wat je leest.


Erik is zo gefascineerd in de dieren die hij heeft gezien in Solms’ Beknopte Natuurlijke Historie dat hij bij ieder dier wel ongeveer op kan noemen hoeveel poten het heeft en wat zijn kenmerken zijn. Doordat het zo luchtig is geschreven is het gemakkelijk door te lezen wat ook weer een pluspuntje is.
Zoals ik al zei probeerde ik me bij het lezen voor te stellen hoe het zou zijn als jij daar zou staan. Wat me hierbij opviel is dat ik op een gegeven moment me de dieren een beetje begon voor te stellen als een soort mensen, omdat er veel menselijke eigenschappen aan toegekend werden. Natuurlijk is dit biologisch gezien niet helemaal juist maar dat geeft wel een soort humoristisch tintje aan het boek.

En zoals bij veel heeft ook dit boek een moraal waar het jongetje Erik mee te maken krijgt. Godfried had een motivatie om dit boek te schrijven namelijk dat hij ons er op wilt wijzen hoe uitgebreid wij kunnen nadenken over alles maar toch ook onze beperkingen hebben. Door een kind te nemen in de hoofdpersoon komt het verhaal beter over en creëer je ook veel sneller sympathie voor alles wat hem gebeurd in het hele verhaal. Kortom een leuk en lekker te lezen boek. Het is misschien niet helemaal realistisch maar doordat meneer Bomans het zo leuk heeft geschreven met als kind in de hoofdpersoon, toch een vermakelijk boek. Dus wat mij betreft is het zeker een aanrader!



Keuzeopdracht: C
Het was weer een nieuwe dag in Wollewei. Erik was net opgestaan en had snel een douche genomen. Snel liep hij naar het ontbijt, hij was namelijk al wat aan de late kant omdat hij zich had verslapen. Iedereen zat al aan het ontbijt, en het werd ook al weer bijna afgeruimd.
Toen Erik binnen kwam lopen zei iedereen in koor ‘goedemorgen meneer Pinksterblom’. Erik raakte er een beetje in de verlegenheid, hij wist nog net een kleine ‘goedemorgen’ naar buiten te brengen. Zoals altijd was het weer een dolle boel aan tafel en ook een grote gezelligheid. Zo had hij elke dag wel aan het ontbijt willen zitten. Echter was deze morgen toch anders dan alle andere, het was namelijk een speciale dag. Het was de officiële dag van het Zomer Festival, de dag waarop de zomer officieel werd ingeluid. Iedereen was in een uiterst blije bui vandaag, behalve een iemand. Een nieuwe gast in het hotel, die verdacht stil in een hoekje zat. Uit Solms’ Beknopte Natuurlijke Historie wist Erik dat het een spin was, maar hij moest wel twee keer diep nadenken voordat hij eindelijk wist wat voor soort. Het was een waterspin. Hij ging de kenmerken na; Mannetjes worden ongeveer 9 tot 12 millimeter tegenover een lengte van 8 tot 15 mm bij de vrouwtjes. Ondanks dat de vrouwtjes dus groter kunnen worden, is in de praktijk echter meestal het mannetje groter dan het vrouwtje, wat vrij zeldzaam is in de spinnenwereld. Ineens vroeg de duizendpoot wat hij allemaal aan het mompelde, en hij antwoordde; ‘Oh, niks hoor’. De duizendpoot geloofde hem niet en zei; ‘Het gaat over die spin daarginds hè, blijf daar maar bij uit de buurt, ze zijn uiterst gevaarlijk. Zonder ook maar een verdere krimp te geven pakte de duizendpoot zijn ontbijt verder op en liet Erik achter met dit idee dat de spin uiterst gevaarlijk was, al kon Erik zich hier verder niks uit herinneren uit Solms’ Beknopte Natuurlijke Historie. Hij besloot zich er verder niks van aan te trekken en net als de duizendpoot zijn ontbijt te vervolgen.
Niet veel later vertrok hij weer richting zijn kamer om zich klaar te maken voor de festiviteiten die vandaag zouden gaan plaatsvinden.
(…)

Aangezien Erik niet echt wist waar hij heen moest volgde hij de menigte maar die vanuit het hotel naar het festival zouden gaan. Hij bemerkte tijdens het lopen dat de duizendpoot ontbrak, en net op het moment dat hij zich dit bedacht vond hij een paar schoenen van de duizendpoot, en later nog weer, totdat hij na acht paren te hebben gevonden zich af begon te vragen wat hier aan de hand was. Het leek een soort spoor te zijn, die zich uiteindelijk van het pad afboog. Erik vond het vreemd en volgde het spoor van schoenparen. Na nog vijf paren te hebben gevonden kwam hij uit bij een open plek waar hij de duizendpoot zag liggen, vast gebonden met een paar draden. Als een dolle holde Erik naar hem toe en vroeg wie dit had gedaan, en je zult het al raden maar de duizendpoot antwoordde; ‘De waterspin, snel maak me los voordat hij weer terug komt’. Hij maakte zijn vriend los en net toen ze achter een boom verdwenen waren en ze voor een laatste keer omkeken zagen ze de waterspin terug komen, dit keer met een kopje water. Erik vroeg zich af wat de duizendpoot daar nou eigenlijk deed en hij vertelde zijn verhaal tijdens dat ze hun weg naar het hotel liepen. Het kwam er op neer dat de spin hem van plan was op te gaan eten en dat Erik net op tijd was om hem te redden. De duizendpoot kon hem dan ook niet genoeg bedanken en als dank organiseerde hij ’s avonds voor hem een groot feestmaal. Na dit maal zat Erik helemaal vol en keerde terug naar zijn kamer om daar lekker uit te buiken en zijn spannende dag nog eens te herzien.


 




 

donderdag 5 december 2013

Nederland vertaalt

Close To You -  Micheal Prins

1. I didn’t change my name for good luck, it just happened to be mine
2. Didn’t ask for any reason or any of your time
3. I don’t need your advertising, I don’t seek for diamond eyes
4. I don’t fit in your perfection, I don’t fit into your lie
5. But to you my darling, for you I would truly sing
6. For you my crazy babe, I would do just anything
7. Just to get close to you
8. And the other night you made me dance but now I act insane
9. I try to find a reason and I try not te be strange
10. And I think that it’s funny cause I’m nowhere near like you
11. You made of me a villain, oh but maybe that’s more true
12. And I’m searching for my pride again
13. As I’m haunting for your eyes again
14. But you’re nowhere to be found tonight
15. Still I wait in every morning light
16. So until that day is mine
17. So is it me the one who is out of sight, am I running out of time
18. Do you want to see me prisoned, yet to guard you through the night
19. Is your vison to be safe and told that everything’s alright
20. When the whole goddamn world knows about the danger of this tide
21. Well then I would come back to you, yes I would come back to you
22. Knowing you would walk away, knowing you would walk away
23. So until that day is mine
24. And then you might not well remember me, or act like you’re surprised
25. When everyone’s surrounding you, but darling that don’t mind
26. Just turn around and look at me when you pass me in the aisle
27. I still hold a thousand doors for you, just to talk to you so I could get close to you
28. And why won’t you see me through
29. Knowing I would never leave
30. Knowing I would never leave
31. So until that day is mine, darling I would wait for you
32. I would wait for you, I would wait for you
33. And why won’t you see me through, I would wait for you
34. Darling I would wait for you, my love
35. My love, why won’t you see me through
36. That darling I would wait for you

Dicht bij jou - Michael Prins

1.         ik heb mijn naam niet veranderd, niet voor geluk, het gebeurde mij gewoon
2.         ik heb niet gevraagd naar een reden en ook niet naar een deel van je tijd
3.         ik heb je advies niet nodig en zoek niet naar diamanten ogen
4.         ik pas niet in jou ideale wereld, ik pas niet in jou leugen

5.         maar jij mijn lieveling, voor jou zou ik echt willen zingen
6.           voor jou mijn gekke schatje, ik zou alles voor je doen
7.         alleen om dichter bij jou te komen

8.         die ene nacht dat je mij liet dansen, maar nu lijk ik gek
9.         ik probeer een reden te vinden en ik probeer niet vreemd te zijn
10.       en ik denk dat het grappig is, want ik ben niet eens in de buurt
11.       je maakte van mij een schurk, oh, maar misschien is dat wel waar

12.       en ik zoek weer naar mijn trots
13.       zoals ik weer jaag naar jou ogen
14.       maar vanavond ben je nergens te vinden
15.       nog steeds wacht ik elke morgen in het ochtend licht
16.       dus tot die dag van mij is

17.       dus ben ik degene die uit het zicht is, heb nu bijna geen tijd meer
18.       wil je mij gevangen zien, alleen om jou te begeleiden voor de nacht
19.       is het jou gedachte om veilig te zijn en te horen dat alles goed is
20.       terwijl de hele verdraaide wereld weet van de gevaren van dit tij
21.       Nou dan zou ik naar je terug komen, ja ik zou naar je terug komen
22.       Wetende dat je weg zou lopen, wetende dat je weg zou lopen
23.       Dus tot die dag van mij is
24.       En dan zou je mij misschien niet meer herinneren, of doen alsof je verrast bent
25.       Als iedereen je omringt, maar lieverd dat geeft niet
26.       Draai je gewoon om en kijk me aan als je passeert in de gang
27.       Ik heb nog zoveel mogelijkheden voor je, gewoon om met je te praten zodat ik dicht bij je kan komen

28.       En waarom geloof je me niet
29.       Wetende dat ik nooit weg zou gaan
30.       Wetende dat ik nooit weg zou gaan
31.       Dus tot die dag van mij is, lieverd zou ik op je wachten
32.       Ik zou op je wachten, ik zou op je wachten
33.       En waarom geloof je me niet, ik zou op je wachten
34.       Lieverd ik zou op je wachten, mijn liefste
35.       Mijn liefste, waarom geloof je me niet
36.       Dat, lieverd, ik op je wachten zou

zondag 13 oktober 2013

De aanslag

Auteur:                Harry Mulisch
Jaar uitgave:        1982
Uitgeverij:            De Bezige Bij
Plaats:                 Amsterdam
Aantal pagina's:    254
Genre:                 oorlogsroman, psychologische roman


Gegevens over de schrijver;
Harry Mulisch werd in 1927 geboren. Zijn vader is Oostenrijks-Hongaars en zijn moeder is van Duitse afkomst. In 1936 scheidden zijn ouders, zijn moeder gaat daarna in Amsterdam wonen. Harry woonde eerst bij zijn ouders, na de scheiding van zijn ouders in 1936 bij zijn vader. Van 1940 tot 1944 gaat Harry Mulisch naar het Christelijk Lyceum in Haarlem. Omdat het oorlog is heeft hij niet veel les. Harry’s belangstelling gaat op dat moment vooral uit naar Atoomfysica, biochemie en alchimie (oude geheime wetenschap die beoogde met de "steen der wijzen" edele metalen (vooral goud) en een levenselixer (= drank voor het eeuwige leven) te bereiden). Tijdens de oorlog verblijft Harry in Haarlem.


Een recensie;
Nederlands dichter en prozaschrijver, (Haarlem 29-07-1927)
Het was een jongensboek, De ongelofelijke avonturen van Bram Vingerling van Leonard Roggeveen, dat de twaalfjarige Haarlemmer Harry Kurt Victor Mulisch ertoe aanzette om ‘alchemist en schrijver’ te worden. Sinds zijn bekroonde romandebuut Archibald Strohalm (1952, over een gewone man die tot het kunstenaarschap geroepen wordt) publiceerde hij poëzie, essays, reportages en toneel, maar bovenal een twintigtal romans en verhalenbundels, waarvan de jongensboeken-voor-volwassenen De aanslag (over de nasleep van de Tweede Wereldoorlog)en De ontdekking van de hemel het best de tand des tijds hebben doorstaan. Mulisch, die als zoon van een Oostenrijkse collaborateur en een joodse moeder bekend is door de uitspraak ‘Ik ben de Tweede Wereldoorlog’, bezit het talent om een vlot leesbaar en simpel verhaal te ‘laden’ met oermythen, levensvragen, literaire verwijzingen en (wetenschaps)filosofie. Zo wordt de oorlogsroman Het stenen bruidsbed doorsneden met Homerische zangen, gaat De aanslag over schuld en boete, en verschuilt zich achter het lesbische-liefdesverhaal Twee vrouwen (1977) de Orpheus- én de Oedipusmythe. In Mulisch’ magnum opus, het 900 bladzijden dikke De ontdekking van de hemel, is zijn mythische wereldbeeld verpakt in een magischrealistische roman over een door engelen uitverkoren jongen die de Stenen Tafelen terug naar de hemel moet brengen omdat God vindt dat de mens door de technische vooruitgang hovaardig is geworden. Het laatste thema komt ook naar voren in De procedure, over een chemicus die nieuw leven maakt, terwijl Mulisch zijn andere stokpaardje, de oorlog, op een originele manier berijdt in Siegfried, waarin zijn alter ego het droeve verhaal verneemt van het (fictieve) zoontje van Adolf Hitler.



AANRADER: De aanslag (1982)
Vlot geschreven, perfect geconstrueerd en razend spannend – De aanslag is de ideale Tweede-Wereldoorlog roman voor iedereen die opziet tegen de peilloze tragiek van Reve’s Familie Boslowits of de nihilistische onzekerheid van Hermans Donkere kamer. ‘De geschiedenis van een voorval’, zoals de ondertitel van de roman luidt, begint in de Hongerwinter, met een aanslag op een NSB’er die vervolgens vóór het huis van het Haarlemse gezin Steenwijk wordt neergelegd. Vader, moeder en oudste zoon worden door de Duitsers opgepakt en gefusilleerd, de 11-jarige Anton ontspringt de dans en wordt de rest van zijn leven geobsedeerd door de schuldvraag. Tijdens vier keerpunten van de naoorlogse geschiedenis ontmoet Anton de overlevenden van toen en de nazaten van de vermeende schuldigen, om tot de slotsom te komen dat ‘iedereen schuldig en onschuldig’ is. Een alwetende verteller, die er gemoedelijk op los filosofeert, en subtiele verwijzingen naar de Griekse mythologie zorgen ervoor dat deze whydunnit ook bij herlezing de moeite waard blijft.
http://nrcboeken.vorige.nrc.nl/schrijver/mulisch-harry
Nog een link naar een andere recensie.http://hpblogs.nl/gino/2009/06/recensie-de-aanslag/

Mijn mening;
Zelf vond ik het een mooi boek. Je krijgt echt een kijk in het leven dat mensen lijden in de oorlog. De dingen die ze meemaken zijn vreselijk en deze gebeurtenissen zou natuurlijk niemand mogen overkomen… Ik vond het goed geschreven en door wat Harry Mulisch zelf heeft meegemaakt in de oorlog heeft hij alles goed beschreven en kon ik me goed inleven in het boek.

Foto’s en films die bij het verhaal passen;
Het boek De Aanslag is verfilmd en deze film heb ik dan ook bekeken.

Foto's en video's die bij het boek passen;
Hier een link naar de trailer van de film:http://www.youtube.com/watch?v=ah1gDclO14U




De hoofdpersonen;

Anton Steenwijk: de enige hoofdpersoon in het verhaal, hij is een man op zoek naar zichzelf. Hij is in zijn hoofd steeds bezig met de oorlog die hij heeft meegemaakt toen hij 12 was en je ziet dit aan hem. Hij is erg stil, maar het lijkt alsof er in zijn hoofd van alles speelt. Hij wil graag zijn verleden afronden en doet dit door met mensen te praten. Hij is samengevat een rustige man, erg slim ook. Wel vind ik het af en toe lastig dat hij amper emotie toont of verteld wat hij voelt. Dat komt pas een beetje aan het eind van het verhaal. Wat me wel opviel aan Anton is dat hij door het hele verhaal heen bezig is met die ene dobbelsteen bijvoorbeeld, die hij al sinds ‘de aanslag’ bij zich heeft. Ook word hij vaak met andere stenen geconfronteerd, zoals de baksteen die Fake bij zich heeft nadat ze elkaar ontmoeten bij de demonstratie.

Het thema van het boek;
Het thema is heel duidelijk. Je merkt dat mensen steeds een schuld gevoel oproepen of dat er de vraag is wie de schuld nou werkelijk op zich moet nemen en wie nou bijvoorbeeld wie heeft vermoord en met welke reden. Anton zoekt hier lang naar en vind het ook eindelijk. Maar de hele verhaallijn door is dit thema duidelijk aanwezig. Ik vind het wel wat hebben omdat je er zelf ook bij na gaat denken en je zo erg goed in het verhaal kan plaatsen.


Een samenvatting van het plot;
Anton en Saskia zijn gescheiden, Anton is hertrouwd met Liesbeth die kunstgeschiedenis studeert. In 1969 hebben zij een zoon gekregen, die Peter heet. Anton verdient veel en heeft meerdere huizen (onder andere een vakantiehuis in Tenerife).
In 1978 gaat hij met zijn dochter Sandra terug naar Haarlem. Op de plaats waar hun oude huis stond (dat was verbrand), is nu een bungalow gebouwd. Ze bezoek ook het monument dat is geplaatst aan het einde van de straat, ter nagedachtenis van de overleden mensen.

Tijden de vredesdemonstratie in 1981 ontmoet hij Karin Korteweg, zijn oude buurmeisje. Van haar hoort Anton dat Peter (zijn oudere broer) bij hun naar binnen was gevlucht. Hier hadden de Duitsers hem neergeschoten. Ook krijgt hij te horen dat meneer Korteweg  het lijk niet voor zijn deur wilde hebben liggen, omdat hij vreesde voor zijn hagedissen. Ook wilde hij het lijk van Ploeg niet voor de deur bij de familie Aarts leggen omdat daar drie joden ondergedoken zaten. Hij weet nu alles over wat er gebeurd is die avond.


Mijn herschreven einde;Nadat hij Karin tegen was gekomen en de menigte rond keek dacht hij iemand te zien die hem bekend voor kwam. Hij keek nog eens goed, het was moeilijk te zien maar hij kwam in de menigte Saskia tegen, de vrouw waar hij eerder van gescheiden was. Niet zo zeer dat ze elkaar echt tegen kwamen, meer een tel oogcontact, hun blikken kruisten elkaar. Het gaf hem een dubbelzinnig gevoel, aan de ene kant ongemakkelijk, maar het was toch de vrouw waar ij jaren lang van gehouden had… Nog een keer kruisten de blikken, deze keer keek ze, ze staarde elkaar aan, het duurde seconden lang, maar al voordat hij naar haar toe kon lopen was ze verdwenen, verdwenen in de mensenmassa. Hij probeerde haar nog te zoeken, maar tevergeefs, het bracht hem niks op, behalve een paar scheldwoorden die hem naar zijn hoofd werden gegooid omdat hij recht tegen de menigte in liep.

Hij vroeg zich af wat zij hier deed. Ze hadden elkaar inmiddels al een lange tijd niet gezien. Hij wilde haar vertellen dat hij wist hoe het allemaal was gegaan die avond. Waarom Ploeg nou precies bij hen voor de deur was gelegd. Zelfs wilde hij nog vragen hoe het nu met haar ging, of ze hertrouwd was, kinderen had gekregen etc.
Uiteindelijk zag hij haar, met een man, ze kusten. Het deed hem pijn, nooit had hij geweten dat hij nog zo iets voor haar gevoeld had. Hij had immers nooit meer over haar nagedacht. Hij stond daar, te denken aan wat hij nu zou doen, hij besloot weg te lopen.

Met een neergeslagen hoofd kwam hij thuis, en dacht er nog eens over na. Toch wilde hij haar wel erg graag zien. Hij besloot zo hard als hij kon terug te rennen. Maar het was te laat, ze was weg…

zondag 1 september 2013

Leesautobiografie



Mijn leesautobiografie
 
Natuurlijk heb ik als ieder ander leren lezen  rond mijn 5e jaar. In het begin ging dit niet altijd even soepel, maar dat ging naarmate de tijd vorderde steeds beter.


In het begin begon het natuurlijk met kinderboeken die mijn ouders me dan in de avond voorlazen voor het slapen gaan. Daarna kwamen de plaatjes boeken met een klein beetje tekst die ik als eerst zelf echt begon te lezen, hierna begon ik echt in boeken met minder plaatjes te lezen.  


Op school was het op een gegeven moment verplicht om boeken te lezen, hier heb ik toen onder andere de Griezelbus, de GVR en delen van Kippenvel gelezen.


Ik lees nu niet extreem veel, omdat lezen mij nooit leuk lijkt. Mijn ouders zeggen altijd; ga nou is een boek lezen, maar op een of andere manier kan ik mezelf niet snel motiveren om te lezen, maar als ik bijvoorbeeld een boek voor Nederlands moet lezen en het is een leuk, spannend en goed boek kan ik hier wel heel veel plezier in hebben en kan ik het boek ook zo in een dag uitlezen.
 

Het laatste boek dat ik heb gelezen is de Hongerspelen geschreven door Suzanne Collins. Dit was een spannend en goed boek en zeker aan te raden. Ik heb nadat ik dit boek uit had ook de verfilming ervan gezien. Hierbij kwam ik tot de conclusie dan Suzanne in het boek de karakters goed had beschreven en de omstandigheden waar de karakters in zaten.  Met dit boek had ik dus echt de smaak te pakken en ik ben dan ook van plan om de andere twee delen te gaan lezen.


Inmiddels heb ik wel ontdekt dat ik niet vaan saaie eentonige boeken hou, maar meer boeken met spanning, actie of bijvoorbeeld humor.